Hoe ontstaat wind

Als de lucht horizontaal van de ene plek naar de andere stroomt, noemen we dit wind. In de atmosfeer kan de lucht ook verticaal stromen. Maar hoe ontstaat die wind eigenlijk? Hiervoor moeten we even terug naar een eenvoudige basis, hij ontstaat namelijk door de zon.

De opwarming van de zon

Door de grote hoeveelheid zonnestralen langs de evenaar, wordt het aardoppervlak daar sterk verwarmd. Ook de lucht wordt flink opgewarmd door de zon. Warme lucht stijgt omhoog omdat het lichter is dan koude lucht. Je kunt je het je misschien niet voorstellen, maar doordat die warme lucht stijgt, is er dichter bij het aardoppervlak te weinig lucht. Hierdoor stroomt de lucht uit omliggende gebieden toe en deze luchtstroom noemen we wind.

De luchtstromen

Het stromingspatroon van de luchtstromen rond de aarde noemen we een grootschalige circulatie. Rond de evenaar stijgt de warme lucht omhoog en het gebrek aan lucht op deze plekken wordt aangevuld door omliggende gebieden. Uit die omliggende gebieden wordt dus als het ware lucht weggetrokken. Ook deze lucht moet weer worden aangevuld en hier ontstaat dus de circulatie.

De warme lucht rond de evenaar stijgt op naar het dak van de troposfeer, dit noemen ze de tropopauze. Van hieruit stroomt de wind, doordat de aarde draait naar het zuiden of naar het noorden. Door deze beweging van de lucht, zowel op het moment dat het omhoog stroomt of naar het noorden of het zuiden, koelt de lucht af. Op een gegeven moment is de lucht weer zo koud, dat de lucht begint te dalen. Dit veroorzaakt dus eigenlijk een soort van cirkel. Als de afgekoelde lucht weer gedaald is, botst hij op het aardoppervlak en stroomt hier ook weer alle kanten op. Uiteindelijk komt deze afgekoelde lucht weer in de buurt van de evenaar en begint de hele cyclus weer opnieuw.

De verschillende cellen

Er zijn verschillende circulatie cyclussen, zoals de Hadley cel. Deze cel circuleert tussen de evenaar en circa 30 graden ten noorden en ten zuiden van de evenaar. De twee circulaties die verder juist richting de Noordpool en de Zuidpool plaatsvinden, noemen we de Ferrel-cel en de Polar-cel. Alle circulaties zijn voor een groot deel verantwoordelijk voor de ligging van de hoge- en lagedrukgebieden. De zon is de grote drijfkracht achter deze circulaties.

Het coriolis effect

Door het coriolis effect kunnen de luchtstromen ook afbuigen naar andere richtingen dan alleen noord en zuid. Net zo goed als dat het coriolis effect zorgt dat de wind rond de drukgebieden draait en niet dwars er doorheen. Dit coriolis effect kun je een beetje vergelijken met een bal vanaf een draaimolen naar iemand gooien. Die bal komt nooit uit waar je hem in eerste instantie wil hebben. Door de draaiing van de aarde heeft de wind een afwijking naar rechts op het noordelijke halfrond en op het zuidelijke halfrond naar links.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *